“De kwaliteit en diepgang van Rau’s regiekeuzes staan evenwel buiten kijf en maken een juryselectie onontbeerlijk.”
#jury19 Evelyne Coussens
“Theatraal meesterwerk. Huiveringwekkend goed. Als deze eerste Histoire(s) du Théâtre een voorbode is voor wat volgt, zal NTGent nog veel theatergeschiedenis schrijven.”
De Standaard
“Milo Rau diept een zinloze moord uit om er de essentie van ons bestaan mee te vatten. Het resulteert in indrukwekkend en vooral belangrijk theater.”
De Morgen
Op een nacht in april 2012 ontmoet Ihsane Jarfi vier jonge mannen op de hoek van een straat voor een homoclub in Luik. Twee weken later wordt hij dood aangetroffen aan de rand van een bos. Hij werd urenlang gemarteld en met geweld vermoord. De misdaad schudt de hele stad door elkaar. Nu wordt de moord voor het eerst op de scène gereconstrueerd.
In het eerste deel van de reeks Histoire(s) du théâtre benadert auteur en regisseur Milo Rau deze tragedie als een allegorisch misdaadspel. Hoe ontstaat een misdrijf: met opzet of bij toeval? Welke rol speelt het publiek? Wat is de schuld van het collectief? Kan een misdaad überhaupt gereconstrueerd worden?
Volgens Rau heeft theater al sinds het begin één functie: het bezweren van de doden en ritualiseren van de zonden en collectieve trauma’s. Hij volgt daarom het spoor van deze vreselijke misdaad. Hij gaat op zoek naar de fatale gebeurtenissen en de emoties van de tragische ervaring zoals verlies, verdriet, leugen, waarheid, ramp, angst, wreedheid en terreur.
Samen met professionele acteurs Sara De Bosschere, Sébastien Foucault, Johan Leysen en Tom Adjibi en niet-professionele acteurs Fabian Leenders (magazijnier) en Suzy Cocco (hondensitter) duikt Milo Rau in de kern van dit trauma. Hoe representeer je geweld en traumatische gebeurtenissen op het podium? Het is tegelijk een zoektocht naar de kern van de fundamenteel tragische ‘condition humaine’, en een viering van de kracht van het theater.
Uit het juryrapport:
In La Reprise. Histoire(s) du théâtre (I) deconstrueert regisseur Milo Rau de mechanismen van het theater én zet hij die tegelijkertijd in om iets wezenlijks te vertellen over geweld in onze samenleving. Het resultaat is een indrukwekkende voorstelling, waarin niet enkel iets wordt getoond, maar er ook iets gebeurt met het publiek.
Aanknopingspunt is de moord op Ihsane Jarfi, een jonge homoseksueel die in 2012 in Luik door vier mannen werd doodgeslagen omwille van zijn geaardheid – maar evengoed omdat ze niets beter hadden te doen. La Reprise presenteert ons die zinloze daad in een scenario dat switcht tussen vertellend en ingeleefd spelen, tussen vooraf opgenomen beelden en live camera-actie. Zoals steeds verwerkt Rau ook het maakproces in de voorstelling. Naast Sara De Bosschere, Johan Leysen en Sébastien Foucault zien we hoe hij in Luik zijn niet-professionele spelers Suzy Cocco, Fabian Leenders en Tom Adjibi recruteert.
Centraal staat de ervaring van het collectief herbeleven van de moord. Die gewelddaad geeft Rau vorm in een uitgesponnen, hyperrealistische scène. Ze confronteert de toeschouwer met het feit dat dit geweld weliswaar geënsceneerd is, maar dat dat niet geldt voor de ruimte buiten het theater. In die lange pijnlijke minuten word je je scherp bewust van je eigen passiviteit tegenover reëel geweld. Een behaaglijke ervaring is dat niet.
Binnen de jury woedde een stevige discussie over de inzet van de reële moord op Jarfi als ‘materiaal’ voor een voorstelling, en werden ethische vragen gesteld rond het ‘instrumentaliseren’ van niet-professionele spelers. De kwaliteit en diepgang van Rau’s regiekeuzes staan evenwel buiten kijf en maken een juryselectie onontbeerlijk. Net dat gebrek aan eensgezindheid maakt La Reprise des te belangwekkender.