het Theater Festival

Een nostalgische blik op de toekomst

di 05 sep 2017

 

Ik ontmoet Boris Van Severen op een zondagnamiddag midden in de gezinsdrukte. Bij hem thuis voeren we een hypertechnologisch dubbel­interview met zijn kompaan Jonas Vermeulen, die op dat moment in Antwerpen vertoeft. Het gespreksonderwerp: hun muziekvoorstelling The Only Way Is UP, die al evenzeer op elektronica leunt.

Dina Dooreman

(c) Thomas Dhanens

 

Jullie muzikaal afstudeerproject The Great Downhill Journey Of Little Tommy viel in de prijzen op TAZ en het Edinburgh Fringe Festival. Was het succes de aanleiding om ook van The Only Way Is UP een muziekvoorstelling te maken?
Boris: De combinatie van theater en muziek boeit ons enorm. We wilden het muziektheater sowieso samen verder onderzoeken. De vraag wat we precies aan het maken zijn, staat dus centraal. Is het theater, muziek of net een mengvorm? Eigenlijk wilden we theaterliefhebbers naar een concert lokken en mensen die van muziek houden naar theater.

Jonas: We hebben eerst twee maanden onderzoek gevoerd en zijn toen met onze plannen naar het Gentse kunstencentrum Campo gestapt. Zij wilden ons project volledig steunen. Uiteindelijk is The Only Way is UP een heel andere voorstelling dan The Great Downhill Journey Of Little Tommy, maar het is er evenzeer een duidelijke voortzetting van. In het begin wilden we iets helemaal anders maken, maar we merkten dat in Little Tommy veel elementen zaten die goed werkten en waar we ons goed bij voelden. Boris en ik hadden voor onszelf een biotoop gecreëerd waarin het aangenaam vertoeven was. In The Only Way Is UP trekken we de hele mix van theater en muziek nog net iets verder door.

De muziek in Little Tommy had een poprockflow terwijl The Only Way Is UP eerder een elektronische eightiesvibe in zich draagt. Hebben jullie bewust voor een nieuw muziekgenre gekozen?
Boris: Van bij de start hadden we het plan om met elektronische muziek te werken. We wilden het elektronische genre onderzoeken. Het grappige is dat wij weinig van elektronische muziek kenden. We hadden weleens een string synthesizer vastgenomen, maar nu was het echt fijn om op zoek te gaan naar nieuwe klanken. Een echte openbaring! Door het instrumentarium dat wij gebruikten, kwamen we heel vaak uit bij de originele synths uit de jaren ’70 en ’80. Maar ik vind niet dat we bewust gekozen hebben om de jaren ’80 na te bootsen. We hebben evengoed inspiratie gehaald uit muziek die in onze jeugd veel gedraaid werd, zoals de french house van Daft Punk en Justice.

Jonas: Ons onderzoek gaat in twee richtingen. Hoe kan de muziek het verhaal voeden? Maar ook omgekeerd: hoe kunnen we onze inhoudelijke ideeën verklanken in de muziek? Die wisselwerking is het belangrijkst. Zowel de inhoudelijke als de muzikale referenties die we dan kozen, zijn iets ouder dan de muziek van vandaag. Zo zijn we bijvoorbeeld beïnvloed door klassieke grootmeesters als Nick Cave, Tom Waits en Jacques Brel. Vooral door de manier waarop ze hun tekstuele inhoud vormgeven. Omdat ze soms vanuit personages vertrekken, worden hun nummers bijna scènes op zich. In de elektronische traditie bestaat zoiets niet echt, met uitzondering van LCD Soundsystem misschien.

 

‘We willen theaterliefhebbers naar een concert lokken en muziekliefhebbers naar theater.’
— Boris Van Severen

 

De thema’s uit The Only Way Is UP hebben betrekking op de grote existentiële levensvragen waarmee veel mensen worstelen. Was dat jullie uitgangspunt?
Boris: Ja, de voorstelling is een reflectie over hoe wij ons voelen op dit moment. We zijn vertrokken vanuit de grote Jambers-vragen: wie zijn wij, wat doen we? En natuurlijk krijgen we dan onvermijdelijk te maken met de prestatiemaatschappij waarin we allemaal leven. Ons werk is, kort gezegd, een vertaling van ons gevoel naar een theatervoorstelling. Een nostalgische blik op de toekomst, zou je kunnen zeggen. We wilden nadenken over wat de toekomst zal brengen. Voor ons. Voor iedereen. Dat, maar dan zonder een belerende boodschap te willen overbrengen. De voorstelling zit natuurlijk boordevol uitvergrotingen, maar ik denk dat de levensloop van elk personage zeer herkenbaar is. Je zou die vier personages bijna als één personage kunnen zien.

Jonas: De kern van de voorstelling was om een zo normaal mogelijk leven uit te vergroten. Ons vertrekpunt was het idee om een visuele mind map te creëren. Ieder personage moest gerepresenteerd worden door een beeld dat de fantasie van de kijker nog extra zou prikkelen. Als we alles zouden samenbrengen, konden we via licht, geluid en beeld de veelheid uitbeelden die keer op keer op ons afkomt tijdens ons dagelijkse leven.

Boris: We wilden iets megalomaans maken. We hadden het idee om met larger-than-life lichtbakken te werken waarnaast wij dan als twee kleine mannetjes op het podium zouden staan. We wilden een soort van overrompeling tot stand brengen. Je krijgt iedere dag zo veel input van buitenaf. Je staat nog maar op of je telefoon begint al te gloeien. Ook het dagelijkse straatbeeld is overtrokken met reclame. De voorstelling moest een Tokyo at night-gevoel oproepen.

Jonas: Daarom hebben we vooral beelden uitgekozen die zo uit het straatbeeld geplukt kunnen zijn. We zijn eerst zelf op zoek gegaan naar pictogrammen en reclamebeelden die daarbij aanleunen. Van daaruit hebben we beslist om met neonverlichting te werken. Dat was ook een esthetische keuze. We hebben uiteindelijk Sarah Yu Zeebroek, net als in Little Tommy, gevraagd om onze ideeën uit te werken in neontekeningen. Op basis van onze vorige samenwerking voelt ze heel goed aan wat we verwachten en fijn vinden. Dat maakt haar zo straf.

‘De kern van de voorstelling was om een zo normaal mogelijk leven uit te vergroten.’ — Jonas Vermeulen

 

Jullie voorstellingen komen collectief tot stand. Hoe verloopt die samenwerking?
Boris: Die verliep zeer organisch. We zijn goed op elkaar afgestemd: Jonas en ik hebben samen Kleinkunst gestudeerd aan het Antwerpse conservatorium en maakten onze mastervoorstelling samen. We vertrouwen elkaar volledig. Jonas houdt zich evenwel meer bezig met de inhoud en ik met de muziek.
Jonas: Onze focus tijdens het maken was dus verschillend, maar stond wel in functie van hetzelfde grotere geheel. We vinden het belangrijk dat er even nauwkeurig naar de muziek als naar de inhoud wordt gekeken. Het moet zowel voor de theater- als de muziekliefhebber interessant zijn. Ik denk dat het moeilijk is om de twee media los van elkaar te lezen of beluisteren. Ze kwamen samen tot stand en vormen één geheel.

Boris: Toch denken we erover na om eventueel een cd uit te brengen, net zoals we bij Little Tommy deden. Maar dan beter. Een cd en een voorstelling zijn twee verschillende media. Omdat je het visuele aspect verliest, moet het geluid ten volle benut worden. Met klanken kun je verschillende sferen oproepen en een extra laag creëren. Bovendien krijgen we vaak te horen dat mensen onze muziek mee naar huis willen nemen.

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Tags: , , , , ,