het Theater Festival

Na de Repetitie: Tot waar gaat het speelveld?

za 04 sep 2021

Op de derde verdieping van De Carrousel staat Lien Thys in een loge, haar rug naar het publiek gekeerd. Sensueel trekt ze haar doorschijnend topje en haar bh uit. Wij zien alleen een speelse blik naar Tim Bogaerts. Linkeroever krijgt meer te zien. Of hoe een amfitheater een stuk grondig kan aanpassen.

Elie Agniel 

 

In Na de repetitie van Lien Thys en Tim Bogaerts vervagen de grenzen tussen acteur en regisseur, publiek en maker, repetitie en voorstelling, maar ook tussen podium en tribune. In Monty zat het publiek op het podium en de spelers acteerden deels op dat podium, deels tussen de tribune. Voor het TheaterFestival herwerkten Lien en Tim hun stuk op maat van De Carrousel: een ronde, open, houten amfitheater van drie verdiepingen hoog.

De toeschouwers komen daardoor niet mee op het podium te zitten, zoals in de oorspronkelijke voorstelling wel het geval was. Ze nemen plaats in een halve cirkel rondom dat podium, verdeeld over de drie verdiepingen. Dat verandert de hele dynamiek van de voorstelling: als Lien en Tim hun stuk-in-het-stuk ‘repeteren’, spelen ze op een rond podium, terwijl de ‘nabesprekingen’ plaatsvinden op de verschillende niveaus.

Het kleine, ronde podium geeft een nieuwe speelrichting aan het stuk. In plaats van met de diepte van een rechthoekig podium te spelen, krijgen nabijheid en richting hier een heel andere betekenis. In het midden van een cirkel staan is iets anders dan recht voor een publiek op een rechthoekig podium. Ook ver van elkaar spelen verandert: Tim met zijn rug vlak bij het publiek voelt anders dan wanneer Lien dezelfde houding aanneemt aan de overkant. Het platform wordt plots een afgebakend deel van het speelveld in plaats van het speelveld zelf. 

En dat effect wordt alleen maar scherper als ze zich ook nog eens over de verschillende verdiepingen verplaatsen. Lien en Tim lopen achter elkaar aan en rennen doorheen het publiek of zoeken elkaar tussen de etages. Het wordt een spel van verdwijnen en verschijnen. 

Voor een Romeo en Julia-scène is dat mooi meegenomen. Lien kan een loge boven uitkiezen. Op de eerste verdieping bijvoorbeeld, nog dicht genoeg bij het podium, waar Tim bijna een serenade aanheft. Maar als ze zich enkele scènes later op de tweede verdieping bevindt en daar – gespeeld onzeker – met ontblote rug sensueel naar Tim kijkt, schept de loge op de tweede verdieping een veelbetekenende afstand tussen de twee. En om een ultieme vervaging van de grens tussen het theatergebouw en de rest van Antwerpen mogelijk te maken, staat ze met haar geveinsde zedigheid te kijk voor heel Linkeroever en de Schelde. 

Het podium wordt als object beschouwd, het spel over drie niveaus gespeeld en de openheid van het gebouw gebruikt voor een kat-en-muisspel tussen de spelers, maar ook tussen het theater en de stad. De architectuur van De Carrousel heeft het stuk alleen maar kracht bijgezet.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: , , ,