het Theater Festival

Emiel Vandekerckhove: ‘Ik werd de art director van de voorstelling, al bestaat die titel eigenlijk niet in het theater’

ma 12 sep 2022

Bambiraptor, een eigenzinnige jeugdvoorstelling van Jonas Baeke en Mats Vandroogenbroeck, kenmerkt zich niet alleen door spitsvondige woordspelletjes, maar ook door transformerende gieters en fantasierijke schilderijen. Wij spraken met art director Emiel Vandekerckhove, verantwoordelijk voor al het visuele dat in de voorstelling zit.

Jeroen Lemmens en Gijs Suy

Bambiraptor is een ode aan het creatieve kinderbrein, maar zou niet zijn wat het is zonder jouw bijdrage. Wat houdt die volgens jou in?

Emiel Vandekerckhove: ‘Jonas en Mats zijn goede vrienden van mij en betrokken me al vroeg in het proces. Jonas liet weten dat hij een voorstelling wou maken met een sterk visueel aspect en vroeg of ik interesse had. Dat zag ik meteen zitten. Het creatieve luik werd het meest beheerd door Jonas en Mats. Zij zijn erg goed op elkaar afgestemd, dus het was soms moeilijk om vanuit mijn ateliertje tussen hen te komen. Hun improvisaties en ideeën waren vaak al erg grappig, dus zij communiceerden meestal wat ze nodig hadden en dan begon ik te schilderen en te maken. Ik werd zo de art director van de voorstelling, al bestaat die titel eigenlijk niet in het theater. Dat was eigenlijk wel een goeie mop. Omdat Jonas en Mats zo erg met de tekst bezig waren en zo dicht op elkaar zaten, kon ik soms ook voor de nodige zuurstof zorgen. Ze hadden mij wel nodig om visueel mee te denken.’

Hoe verliep het maakproces?

‘Ik heb eerst heel veel attributen gekocht, eigenlijk alles wat absurd en esthetisch was, waarmee zij dan konden experimenteren. De gieter uit de voorstelling zat daar bijvoorbeeld tussen en dat bleek al snel een goed personage. Tijdens het maakproces zijn we de hele tijd op die manier aan het sponzen: we zien iets en we verwerken het direct in de voorstelling. We gaan vaak met z’n drieën naar theater en film. Vorig jaar kwam Dune uit en toen heb ik een sci-fischilderij gemaakt van een hele grote gieter, met een klein mannetje ernaast. Dat is uiteindelijk één van de intermezzo’s uit de voorstelling geworden. Dus ja, Dune zit in Bambiraptor.’

Wat kwam eerst: de tekst of het beeld van de voorstelling?

‘De tekst is echt het grid van de voorstelling. Pas toen die vastlag, kon ik zelf visuele elementen verzinnen tijdens de stille momenten. Maar het zou niet eerlijk zijn om te doen alsof die momenten allemaal van mij zijn. Ik werkte vooral in opdracht van big boys Jonas en Mats. Ik ben pragmatischer, zij haarscherp conceptueel.’

Je doet veel verschillende dingen, maar is de schilderkunst dan je favoriete medium?

‘Schilderen is het medium waarin ik me het meest kan verliezen. Ik kom ervan tot rust, maar ik heb er ook een rustige uitvalsbasis voor nodig. Dat laatste mis ik nu even. Ik heb daar een atelier voor nodig dus ga ik binnenkort stage lopen bij een kunstenaar in Marseille. Ik moet vooral even weg om te kijken wat ik echt waard ben. Ik woon al mijn hele leven in Gent en door de hele tijd in die sociale kringen te functioneren, ben ik de grip op mezelf wat kwijt.’

 

‘Ik werkte vooral in opdracht van big boys Jonas en Mats. Ik ben pragmatischer, zij haarscherp conceptueel.’

 

Sommige van de objecten uit Bambiraptor zouden niet misstaan in het Stedelijk Museum voor Actuele Kunst, hier in Gent. Raak jij geïnspireerd door al dan niet conceptuele kunstenaars?

‘Ik hou enorm van theater en van film en van een paar schilders. Maar over het algemeen vind ik beeldende kunst echt een heel rare bezigheid. In theater en film moet je als maker met zoveel dingen rekening houden: met mensen, het licht, de techniekers… Je hebt ook te maken met een publiek dat er daarna over in gesprek gaat, terwijl we bij beeldende kunst dat debat een beetje kwijt zijn geraakt. Er zijn heel veel intimiderend abstracte dingen, die eigenlijk nergens over gaan.’

Hoor ik nu dat je eigenlijk liever theatermaker zou zijn?

‘Ik wil een beeldend kunstenaar zijn voor het volk!’ (lacht)

Op welke beeldende kunstenaars baseer je je dan in je eigen werk?

‘El Greco is mijn grote favoriet. Zijn werk heeft iets theatraals en maniëristisch en is erg veelzijdig. Bij hem zit het hem ook in een groteske bravoure. Een kerk, waarin zijn werk vaak te zien is, is bijvoorbeeld echt een installatie. Alles daarin is deel van een groter geheel en niet iets waardevols op zichzelf. Ik heb het gevoel dat in veel beeldende kunst een heel banaal ding geïsoleerd wordt en een gigantische waarde moet krijgen. Ik vind het leuk als dingen samenwerken en niet an sich iets lulligs zijn waar je op moet reflecteren. Om te vermijden dat mijn eigen werk te banaal wordt, probeer ik het de hele tijd af te toetsen aan de realiteit, door te rade te gaan bij zowel vrienden en andere mensen in mijn omgeving. Natuurlijk lukt dat niet altijd, maar dan wil ik niet de oplichter zijn die probeert het groter te maken dan het is.’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: , , , , ,