het Theater Festival

‘Een voorstelling waarover niet geschreven wordt, bestaat eigenlijk niet’ – interview met Pieter T’Jonck

za 07 sep 2019

Pieter T’Jonck liep al lang rond met het idee om een nieuw platform op te richten voor theaterkritiek. Nu is dat er, in de vorm van een website. Pzazz.theater is een nieuwe site voor een oeroude vorm, recensies. T’Jonck is ambitieus: hij wil over zoveel mogelijk voorstellingen berichten, liefst meteen de dag na de première. ‘Als je er niet meteen op zit, kan het al voorbij zijn.’

Simon Baetens & Emmanuel van der Beek

© Pieter T’Jonck

Er verschijnen veel stukken over theater. Waarom toch een nieuw medium?

Pieter T’Jonck: ‘Als je vroeger de krant las en naar de radio luisterde, had je een goed overzicht van wat er gaande was. Vroeger verschenen er recensies over zo’n 80 procent van de stukken die speelden. Nu lees je eerder lifestyle-interviews, die over de persoon van de maker gaan. Die artikels geven geen antwoord op de eenvoudige vraag: wat is er nu te zien op het podium?’

Jouw initiatief Pzazz wil daar een antwoord op bieden.

‘Net zoals het nieuws heeft ook theater vandaag een zeer hoge omloopsnelheid. Als je er niet meteen op zit, kan het al voorbij zijn. Dan is de recensie nog interessant voor de geschiedenis, of voor theaterwetenschappers, maar dan heeft ze geen impact meer op een publiek.’

‘Je kan recenseren of kritiek leveren op veel verschillende niveaus, maar de eerste reactie is heel belangrijk voor zowel de makers als het publiek. Dat is niet noodzakelijk de meest juiste of belangrijkste mening, maar zo’n eerste repliek geeft de voorstelling wel zichtbaarheid. Door een snelle, liefst accurate eerste reflectie verlaat een werk het atelier van de kunstenaar en komt het de wereld binnen.’ 

‘Sterren geven is iets voor de Gault Millau’

Is dat volgens jou de belangrijkste functie van een recensie?

‘Ja, want een voorstelling waarover niet geschreven wordt, bestaat eigenlijk niet. Dat iemand het woord neemt over een voorstelling, is heel belangrijk.’

‘Daarnaast geven recensies een beeld van wat er te zien is. Ik luisterde vroeger bijvoorbeeld veel naar de recensies van Wim Van Gansbeke of Pol Arias op de radio. Ik was het vaak niet met hem eens, maar omdat het goede recensenten waren, wist je wel om wat voor een voorstelling het kon gaan, en of dat misschien iets voor jou was. Dat is belangrijk. Frie Leysen (festivalorganisator en programmator, red.) zei vroeger altijd dat een slechte theatervoorstelling het theater kapot maakt. Je moet een babysit regelen, je moet je verrot haasten om er te geraken en je bent vervolgens een avond kwijt.’ 

Naast gevestigde waarden schrijven ook veel jonge mensen voor Pzazz. Is recenseren iets wat je kan leren?

‘Deze site is geen platform voor mijn meningen, maar voor een diversiteit aan invalshoeken. Er zitten ‘oude rotten’ bij zoals Oonagh Duckworth of Johan Thielemans, maar ik vind het heel belangrijk dat jonge stemmen er aan het woord komen. Bij TAZ had ik een paar getalenteerde mensen die hun debuut maakten als recensent, maar soms nog wat aan koudwatervrees leden. Daar kan je bij helpen. Er zit echt een métier in het schrijven. Je moet in de eerste plaats heel precies kunnen kijken. Maar dan moet je ook nog beslissen hoe je dingen formuleert, wat je precies uit een voorstelling haalt, wat je negeert, hoe je een oordeel opbouwt… Al dat soort vragen vergen toch wel wat techniek. Pzazz biedt jonge mensen de kans om zich daarin te oefenen.’

Bij de recensies op Pzazz staan geen sterren. Waarom?

‘Soms is een voorstelling geweldig interessant, maar rammelt er volgens de gangbare criteria van alles aan. Waar moet je dan sterren op geven? De muziek, de belichting, de tekst? Sterren geven is iets voor de Gault Millau.’ Het belangrijkste nadeel van sterren is dat mensen niet meer lezen wat je schrijft, tenzij een beroemde maker slechts één ster krijgt of een onbekende vijf. Maar een recensie is geen consumentenadvies. Het is een poging om erg direct te betrappen wat bijzonder of eigen is aan een voorstelling.’

‘Op het laatste Kunstenfestivaldesarts zag ik bijvoorbeeld de voorstelling Ductus Midi (van Anne Lise Le Gac en Arthur Chambry, red.). Een haast willekeurige compositie van ideeën en beelden, maar toch was het effect fantastisch, omdat het stuk iets zichtbaar maakte dat ik in die vorm nog maar heel zelden had gezien. Ik heb daarom de voorstelling uitgelicht op de site. Daarmee kan je laten zien dat er iets aan de hand is, dat er iets gebeurt. Maar als ik sterren had moeten geven was ik misschien bij drie gestopt.’

Pzazz werkt momenteel met weinig middelen. Waar kan op termijn de financiering vandaan komen? 

‘Over de financiering heb ik tamelijk duidelijke ideeën, maar het is nog een beetje te vroeg om daarmee uit te pakken. (aarzelt) Ik wil eerst ook zeker weten dat er genoeg reactie komt op de recensies. Dat wisselt voorlopig sterk per voorstelling, maar de tendens is stijgend. Er komen steeds sneller lezers bij.’

‘Pzazz zit nog in een soort testfase, maar het loopt goed. We hebben al veel gepubliceerd. Ik zou die testfase tot het eind van dit jaar willen volhouden. Dan kan iedereen zien dat we pakweg 150 stukken hebben gerecenseerd op zo’n zeven maanden tijd, waarmee we zo ongeveer iedereen kloppen. Als het verder gaat denken we aan 400 stukken per jaar, en in een verre toekomst aan een Europees platform.’

 

www.pzazz.theater

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: , , ,