het Theater Festival

‘Eén van de grote schoonheden van het theater is dat we met z’n allen een voorstelling rechthouden’

vr 07 sep 2018

In De onzichtbare man (4+) praten kinderen uit het publiek tegen een personage dat we niet zien. De piano wordt bespeeld, de koffie wordt ge­dronken, maar door wie? De bedenker van dat mysterie is Jetse Batelaan, regisseur van Theater Artemis.

Lotte Bode

 

© Kurt Van der Elst

 

Waar kwam het idee vandaan om De onzichtbare man te maken?

Jetse Batelaan: Ik heb altijd een fascinatie voor verdwijningen gehad. Het is een existentieel probleem met het ‘zijn’ op zichzelf, maar ook met theater: To be or not to be? Het leek me spannend om de verdwijning nu eens expliciet als startpunt te gebruiken. Bovendien wilde ik iets maken dat aanslaat voor 4-jarigen. Wat is er wel en wat is er niet? Kunnen er dingen zijn als je ze niet ziet? Wat is illusie, wat geloof je wel en wat niet? Die materie wilde ik graag samen met het publiek uitpluizen.

In De onzichtbare man doen de acteurs alsof ze het publiek niet zien. Ze vragen zich af wat er is misgelopen en waar al die kinderen gebleven zijn. Welk gevoel wil jij jouw publiek geven?

Met deze ingreep wordt de betekenis van het publiek ter discussie gesteld. Wat doen we daar nog als we helemaal niet gezien worden? De toeschouwers voelen zich plots rare voyeurs. Ik vind het leuk om alle regels en verwachtingen overboord te gooien. Bovendien wil ik dat de volwassenen en de kinderen gelijk komen te staan.

 

© Kurt Van der Elst

 

In je voorstelling Oorlog (2016) gooien de kinderen uit het publiek met balletjes naar de spelers en vraagt een actrice ongeduldig wanneer de voorstelling eindigt. In KID. (2017) krijgen de kinderen een voorstelling over volwassenheid te zien terwijl hun ouders achter de tribunes zitten. Ook nu maak je een vorm van metatheater. Waarom doorprik je graag de illusie van theater?

Toen ik begon met creëren, had ik een groot probleem met dramatisch conflict. Ik vond het beschamend om te zien hoe personages zoveel waarde hechtten aan hun eigen lotgevallen. Daardoor kon ik geen repertoire ensceneren en moest ik op zoek gaan naar wat dan wel het contrast in mijn voorstellingen vormde. In plaats daarvan raakte ik gefascineerd door fictie versus werkelijkheid. Fictie is zo voorhanden, maar de realiteit is veel lastiger. De enige realiteit die er is, is de situatie zelf: het theater, het feit dat we kijken naar mensen die iets hebben ingestudeerd. Theater is de enige realiteit waartegen ik mijn fictie kan afzetten. Ik heb het conflict weggehaald bij mijn personages, nu zit het tussen het publiek en wat er op het toneel gebeurt.

Waarom is interactie zo belangrijk?

Ik gebruik het publiek graag als realiteit. Als ik de kinderen het toneel op laat komen, zijn ze zo veel echter dan wat ik ooit met een acteur kan bereiken. Eén van de grote schoonheden van het theater is dat we met zijn allen een voorstelling rechthouden. Ook in een klassiekere opzet is de toewijding van het publiek essentieel.

De onzichtbare man slaat ook aan bij volwassenen. Hoe komt dat?

Dat is een toevallig bijeffect. Natuurlijk is de voorstelling gemaakt vanuit een volwassen perspectief. Ik maak iets wat ik, een volwassene, interessant vind om te zien gebeuren in samenspel met de kleuters. De kinderen vormen dan een onderdeel van de voorstelling en wij als volwassenen kunnen het geheel bekijken.

Waarom maak je graag theater voor kinderen?

Die realiteit is zoveel echter, ze roeren zich meer! Het volwassen publiek kan de neiging hebben om te doen of ze er niet zijn, maar daar hebben kleuters geen last van. Al helemaal niet als de acteurs op het toneel doen alsof het publiek er niet is: dan zullen de kinderen er alles aan doen om daar een tegengeluid tegenin te brengen! Daarnaast bereik je via schoolvoorstellingen veel meer kinderen dan enkel dat smalle reepje van de maatschappij dat theatertickets koopt. Bovendien speel ik graag met hiërarchie in mijn voorstellingen. In het theater worden de klassieke verhoudingen sterk vastgehouden: jij kijkt naar mij en jij luistert aandachtig. Ook tussen de generaties staat het vast: kinderen leren van ons, volwassenen. Ik vind het fijn om daarmee te rommelen. De anarchie van de jeugd en de nieuwe blik van de kinderen fascineren mij. Het is spannend om met hen na te denken over wat het leven op het theater of op de wereld zou kunnen zijn.

Hoe verschilt de blik van volwassenen en kinderen op De onzichtbare man?

Als volwassenen doorzien we dat er getrukeerd wordt. Voor kinderen kan het echt waar zijn. Zij zien de onzichtbare man. Op een moment vraagt de onzichtbare man kinderen om hulp. Zij gaan dan vrij serieus met de onzichtbare man praten. Hij complimenteert hen op hun kleding en als hij vraagt hoe hij er zelf uit ziet, proberen ze daar toch iets over te zeggen. Dan staan ze tegen een lege kruk te spreken. Zij hebben een sterker geloof in illusie dan wij, wij hebben dat wat afgeleerd.

Vind je dat jammer?

Niet als het plezier om in de maling genomen te willen worden ervoor in de plaats komt. Rationeel kan je de illusie wel overzien, maar desalniettemin kan je meegaan in het plezier van de leugen en de fictie. Zo hoeft dat volgens mij geen ramp te zijn, ik geniet van de illusie, ook al weet ik dat het nep is. Bovendien is het heerlijk om te zien hoe de kinderen daarin meegaan!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: , ,