het Theater Festival

Buildings of TheaterFestival: deSingel

do 30 aug 2018

Het theater behoeft niet enkel acteurs en publiek, maar ook een plek om te bestaan. Iedere twee dagen zetten we daarom een gebouw in de kijker. Beginnen doen we met Internationale Kunstcampus deSingel: de plaats waar de States vanavond worden uitgesproken, het epicentrum van het TheaterFestival, uw thuishaven voor de komende week.

Lieselore Remans

Het brutalistisch gebouwencomplex van deSingel bevindt zich aan de rand van de stad. Hierbuiten zoeft het verkeer op ring en spoorweg, hierbinnen ligt het kruispunt van creatieve zielen. De kunst­­campus vormt een ontmoetingsplaats voor (jonge) kunstenaars uit diverse disciplines — getuige de termen THEATER MUZIEK DANS ARCHITECTUUR die op de houten constructie prijken. Naast een eigen programmatie huisvest deSingel vandaag meerdere bewoners, waaronder het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, Vlaams Architectuurinstituut, Radio 2, detheatermaker, Eastman, Studiecentrum voor Vlaamse Muziek, ChampdAction, I SOLISTI, Sabbattini en Spiegel String Quartet.

Wat begon als een laat negentiende-­eeuwse droom van de Vlaamse componist Peter Benoit, is ondertussen werkelijkheid geworden: deSingel als plek waar makers, studenten en publiek samenkomen. De te realiseren opdracht werd gegeven aan architect Léon Stynen. In 1968 opende het Vlaams Muziekconservatorium als een paviljoen met binnentuinen. In 1980 en 1987 kwamen er uitbreidingen bij die de achthoek omsloten, opnieuw naar het ontwerp van Stynen en diens assistent Paul De Meyer, en werd Cultureel Centrum deSingel officieel ingehuldigd. Na een tentoonstelling van de jonge architect Stéphane Beel met de zogenaamde ‘patattendeuren’ (aan de lezers: dit is zeker geen mythe, zoek ze maar op!) stelt die laatste een masterplan in twee fases op voor verdere uitbreiding. In 2000 krijgt de campus extra hoognodige ruimtes en in 2010 een met lariks planken afgewerkte nieuwbouw, onderverdeeld in Beel Hoog en Beel Laag. De stellingen aan de buitenkant doen vermoeden dat aan elke droom nog steeds gewerkt moet worden: vorig jaar onderging de toneeltoren een theatertechnische renovatie, in 2019 volgt de Rode zaal. De hele site beslaat na het werk van architecten Stynen en Beel 46 000 m2.

Tussen 2004 en 2014 initieerde de toenmalige deSingel-curator Moritz Küng Curating the campus, waarbij hij elk jaar een kunstenaar uitnodigde om nieuw of bestaand werk in relatie tot het gebouw tentoon te stellen. Het project is uitgegroeid tot een permanent beeldenpark. Blikvangers zijn De man die de wolken meet van Jan Fabre op de verticale toren, de lichtgevende tekst MAAR IK DE WERELD IK ZIE JOU van Rémy Zaugg op de gevel van het binnenplein en het betonnen zwembad met sokkels Ballard Garden van Dominique Gonzalez-Foerster, eindkunstwerk van het project.

De veelheid aan kunstvormen echoot na in de kleurrijke naamgeving van de publieksruimte in deSingel. Het vergt misschien enige inspanning om niet te verdwalen door de wirwar van gangen naar de Rode, Blauwe, Zwarte, Witte, Gele of Kleine Zaal, maar dit jaar zal de oriëntatie naar het festivalcentrum alvast een pak vlotter gaan. Een pop-up trap brengt u naar deze oase van rust, ingekleed door scenograaf Dries Otten, diep verscholen tussen de drukke verkeersaders van transport en kunst die haar omsingelen. In dat kloppend hart treft u altijd wel een goede ziel aan die u van eten, de juiste richting of een deugddoend gesprek kan voorzien. 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: