het Theater Festival

A Way of Seeing – Het dier, het dier en het beestje

ma 07 sep 2020

John Berger legt in ‘Ways of Seeing’ bloot dat het waar en wanneer we iets zien van invloed is op wat we zien. Voor het TheaterFestival bezoekt Rita Hoofwijk, zelf kunstenaar en verbonden aan SoAP Maastricht, vijf voorstellingen samen met een andere bezoeker en diens manier van kijken. Ze schrijft niet over de voorstelling zelf, wel over een deel van de context van het theaterbezoek.

Vandaag: Het dier, het dier en het beestje van Theater Artemis & Het Zuidelijk Toneel.

Het is zondag. Het is middag, elf voor drie om preciezer te zijn. Ik sta in een rij voor de zaal van het Kaaitheater. Voor mij staat Nikolaj Spada (wiens leeftijd ik niet weet), samen met Marie-Lou (7), Babette (5) en hun oma (wiens naam en leeftijd ik niet weet). Eergisteren bood een collega van Nikolaj plotseling vier kaartjes voor de voorstelling aan. De collega heeft zelf ook kinderen, maar die waren net wat te oud voor de voorstelling en hadden dus niet zo’n zin. De kinderen van Nikolaj zijn dan weer wat jong (de voorstelling is 8+), maar voor de oudste zal het zeker wel gaan en de jongste kan meekijken met haar grote zus, vertelt hij. Marie-Lou en Babette hebben nog een zusje, maar zij is echt te jong en is dus thuisgebleven. Ze weten nog niet zoveel over de voorstelling of het gezelschap. Nikolaj leest sowieso niet graag vooraf over wat hij gaat zien, ook van een film bekijkt hij nooit de trailer. Hij weet eigenlijk alleen dat het iets met dieren te maken heeft. 

Ik vraag wat ze vandaag gedaan hebben voor ze hier naartoe kwamen, of ze al veel ondernomen hebben of dat het een rustige zondag was. Hij haalt zijn wenkbrauwen op (één van de gezichtsuitdrukkingen die wel nog goed te signaleren is onder het dragen van een mondmasker), ‘zijn zondagen ooit rustig?’ Met drie jonge kinderen zijn ze vaak in een ‘thuiscocon’, zegt hij. Niettemin reden ze vandaag vanuit Antwerpen speciaal naar Brussel. Meteen ook één van de redenen waarom de oudste zus er zin in heeft: ‘de voorstelling is in Brussel’. 

We zijn bij de ingang. De overgenomen tickets worden op de telefoon van Nikolaj gescand. Vier kaartjes, vier keer een geluid van het scanapparaat ter bevestiging. In de zaal blijkt het nieuwe plaatsnemen vandaag voor velen moeilijker. Het is gek om als kind zo ver van je ouders te zitten of het is gek om als ouder zo ver van je kinderen te zitten, telkens met één stoel ertussen. Babette kruipt na een paar minuten op schoot bij haar vader. Sommige kinderen houden de handen van hun ouders vast over de lege stoelen heen. Nikolaj maakt nog een foto van zijn dochters. Dan wordt het donker.

– We zien Het dier, het dier en het beestje

Het is 16:37. We staan vlakbij de ingang van het gebouw, waar we iets meer dan anderhalf uur geleden gelijktijdig binnenkwamen. Ik kijk naar Marie-Lou en Babette. Ze lijken vooral te willen bewegen nu en rennen van buiten naar binnen naar buiten. Nikolaj is in een andere stemming. Hij voelt zich ietwat melancholisch en aangesproken door de voorstelling, onverwacht misschien meer nog dan zijn dochters. Ik zie hem naar ze kijken terwijl we praten. Zij willen rennen, zij willen verder, en hij wil bij ze zijn. Ik begrijp het. Rustige zondagen bestaan niet. We nemen afscheid. Marie-Lou en Babette zwaaien naar ‘de mevrouw’. De mevrouw zwaait terug.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

For security, use of Google's reCAPTCHA service is required which is subject to the Google Privacy Policy and Terms of Use.

Tags: , , ,