het Theater Festival

2015 – Wie is Bohumil Hrabal?

di 08 sep 2015

Al te luide eenzaamheid — Theater Zuidpool

Een levenslustige kamikaze

“Op Bohous”, riep de ober in het stamcafé De Gouden Tijger, “hij is dood, het zij zo… zo is het leven.” Het schetst op een heerlijke manier hoe Bohumil Hrabal zelf ook naar het leven keek. Koen van Kaam, die Al te luide eenzaamheid van Hrabal speelt op Het Theaterfestival, beaamt dit: “Tsjechen begrijpen de heerlijk relativerende fatalistische zelfdestructiviteit van Hrabal.” — Eva Decaesstecker en Liza Noteris

Bohumil Hrabal © Hana Hamplová

Bohumil Hrabal © Hana Hamplová

Het feit dat het de Tsjechische lezer zich hierin herkent, is niet zo vreemd. “Eigenlijk ben ik een lijkenpikker, een zakkenroller” zij Hrabal ooit. De verhalen die hij hoorde nam hij in zich op “als een bandrecorder” en thuis componeerde hij ze tot lyrische kronieken van het alledaagse leven. Gewone mensen, zo zei hij, waren voor hem de maat van alles. Met zijn fameuze Jugendstil-atoomschrijfmachine noteerde hij hun vaak banale verhalen als objets trouvés volgens het procédé van de écriture automatique, om ze daarna te verknippen en weer aaneen te plakken tot drama’s, komedies en sprookjes “tegen de vergetelheid en de vervalsing.” Hij noemde zijn verhalen collages, die hij vaak later weer uit elkaar haalde om er totaal andere vertellingen van te monteren.

De herkenbaarheid en de geloofwaardigheid van zijn verhalen hebben ook nog een andere bron. Zijn personages zijn vaak op Hrabal zelf gebaseerd en oefenen dezelfde beroepen uit als hij zelf heeft gedaan: Zwaarbewaakte treinen kunnen gelinkt worden aan zijn periode als spoorwegbeamte; Al te luide eenzaamheid is geïnspireerd op zijn leven als vernietiger van oud papier.

Naast het wijde spectrum aan beroepen dat hij uitoefende gedurende zijn leven, begaf hij zich parallel echter ook in het Praagse kunstleven. Met zijn vrienden vormde hij een bohème die zich niet zozeer bezighield met geëngageerde beschouwingen over politiek en maatschappij, maar die op zoek ging naar nieuwe expressievormen. Ze schuimden de kroegen af, waar ze bij naamloze drinkebroers inspiratie opdeden, hun thema’s vonden en hun idioom vormden. “Vaak is zo’n hees geschreeuwde kroeg een kleine universiteit, waar de mensen onder de indruk van het bier herinneringen en voorvallen vertellen die de ziel hebben verwond, en boven de hoofden zweeft in de vorm van sigarettenrook het grote vraagteken van het absurde en wonderbaarlijke in het menselijk bestaan.”

Als de meeste schrijvers en kunstenaars die opgroeiden in het 20ste eeuwse Oosten van Europa, kende ook Hrabal een leven van omwegen en censuur: een opleiding die bij aanvang in 1939 al wordt onderbroken door de opkomende Tweede Wereldoorlog, boeken die zelfs nog voor de publicatie verboden en verbannen werden. In het geval van deze Tsjechische auteur wordt er echter nog een schepje bovenop gedaan: Hrabal leefde maar liefst onder 4 verschillende regimes en had zo gedurende zijn leven wel 4 nationaliteiten, zonder zich daarom ver te verplaatsen. Hij werd geboren in de dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije onder keizer Franz Jozef, groeide op tijdens de Eerste Republiek, maakte eerst de verschrikking van het Naziregime mee en na de Tweede Wereldoorlog die van het stalinistisch regime. De Fluwelen revolutie van 1989 veranderde een en ander, maar Hrabal bleef sceptisch. In 1993 werd het land gesplitst in Tsjechië en Slowakije en hij overleed in de periode dat Tsjechië op weg was lid te worden van de NAVO en de Europese Unie.

Ondanks dit alles kon Hrabal al vroeg op succes rekenen. Zijn debuut, dat hij pas op latere leeftijd (49 jaar!) in 1963 publiceerde, kende een ongelooflijk succes in Tsjecho-Slowakije. Binnen twee jaar verschenen er acht verhalenbundels, werden vier van zijn verhalen verfilmd en vele bewerkt voor het toneel. Hij kon (en mocht) van de pen leven, maar hij nam geen afscheid van zijn levenswijze en zijn kijk op het leven.

De dood kreeg hem te pakken op een wijze die tot de verbeelding spreekt omdat het een scène lijkt die hij zelf geschreven zou kunnen hebben: terwijl hij duiven aan het voeren was, viel hij uit het raam van de vijfde verdieping van een Praags ziekenhuis. De directeur-geneesheer liet onmiddellijk weten dat van zelfmoord geen sprake was: de schrijver was snel hersteld van een heupprobleem en verkeerde in opperbeste stemming, ze hadden zelfs een afspraak gemaakt om ’s avonds een pilsje te gaan drinken. De volgende avond werd er ter gelegenheid van Hrabals overlijden een afscheidspint gedronken in De Gouden Tijger.

Tags: ,