“BERLIN gebruikt het verhaal van Jansen voor een slimme, geestige en secuur uitgewerkte bespiegeling over echt en nep, over realiteit en fictie, over wantrouwen en geloven. ”
#jury19 Filip Tielens
“Het is zoals Jansen zelf zegt: 'Soms is het gewoon heerlijk om bedrogen te worden.'”
De Standaard
“Voor True Copy bedient BERLIN zich razendknap van de werkelijkheid van de Nederlandse kunstvervalser Geert Jan Jansen.”
NRC Handelsblad
Op 6 mei 1994 vallen de gendarmes binnen op het Franse landgoed van Geert Jan Jansen. Ze stoten er op meer dan 1600 werken van grootmeesters als Picasso, Dalí, Appel, Matisse en Hockney. Opmerkelijk detail: het merendeel ervan blijkt geschilderd door een Nederlander. Geert Jan weet gedurende meer dan twintig jaar de kunstwereld op te lichten. Hij doet dit zo overtuigend dat Picasso en Appel nietsvermoedend echtheidscertificaten uitschrijven bij werk dat hij maakt. ‘Ik ben geen oplichter, ik ben een verlichter,’ zegt hij er zelf over. ‘Ik denk dat ik hen best wat werk uit handen heb genomen.’
Vandaag hangen er in musea wereldwijd nog steeds enkele werken waarvan niemand vermoedt dat ze eigenlijk van Geert Jan komen. Een spellingsfout in een certificaat dat hij uitschrijft bij een werk “in de stijl van” Chagall doet hem uiteindelijk de das om.
Na BERLINs Perhaps All The Dragons…, waarin Geert Jan reeds opduikt als een van de dertig verhalenvertellers, staat hij in True Copy centraal. In de schaduw van de grote meesters, schaaft hij doorheen de jaren aan zijn ambacht. Geert Jans werk en leven is een evenwichtsoefening op de slappe koord tussen fictie en realiteit.
BERLIN toont in True Copy het interne radarwerk van een complexe man, als handleiding om – onder andere – de hypocrisie binnen de kunstwereld bloot te leggen. Welke waarde heeft de waarheid nog? En is het soms niet verfrissender om mee te kunnen gaan in een mooi vormgegeven leugen?
Uit het juryrapport:
Een van de meest verrassende voorstellingen van het jaar komt van theatergroep BERLIN. In True Copy voeren zij de Nederlandse meestervervalser Geert Jan Jansen ten tonele. Vrank en vrij vertelt hij hoe hij jarenlang de kunstwereld in het ootje nam door schilderijen te kopiëren in de stijl van de twintigste-eeuwse meesters en die dan voor grof geld te verkopen. Voor wie niet thuis is in de kunstpiraterij, is deze theatrale biografie een ware eye-opener. Eentje die de kunstwereld, met haar obsessie voor originaliteit en winstbejag, bovendien genadeloos in zijn hemd zet door haar grote medeplichtigheid aan al deze mechanismen bloot te leggen.
Tegelijk is True Copy veel meer dan interessant docutheater. BERLIN gebruikt het verhaal van Jansen voor een slimme, geestige en secuur uitgewerkte bespiegeling over echt en nep, over realiteit en fictie, over wantrouwen en geloven. Het motto van Jansen was immers: ‘Het doet er niet toe of iets echt is of niet, zolang het maar van goede kwaliteit is.’ Net zo speelt True Copy op het niveau van de voorstelling een spannend spel met het publiek: in hoeverre kunnen we alles geloven wat Jansen hier vertelt, of worden we er ingeluisd door BERLIN?
Te veel prijsgeven zou het plezier verknallen – al kunnen we wel zeggen dat True Copy zich ontpopt tot een ware thriller. Die zelfs nog een staartje kreeg na de première, toen bleek dat het schilderij dat verstopt lag in een Roemeens bos geen echte Picasso was, maar een hoax van BERLIN, waarmee de theatergroep zelfs even de wereldpers haalde. Consequent doorgedacht tot de uiterste grens, deze voorstelling!